073 720 02 00

Wat is het verschil tussen hoger beroep en cassatie?

Door Bijgewerkt op Geen categorie

Wanneer u een probleem heeft en hiervoor een procedure wilt starten, zult u in eerste instantie uw zaak moeten voorleggen aan de kantonrechter of de rechtbank. Als u het niet eens bent met de uitspraak van de kantonrechter of de rechtbank kunt u (uitzonderingen daargelaten) in hoger beroep gaan om de uitspraak aan te vechten. Het hoger beroep dient dan bij het Gerechtshof. Als u het ook niet eens bent met de uitspraak in hoger beroep, kunt u in cassatie gaan. Cassatie moet worden ingesteld bij de Hoge Raad in Den Haag, dat is het hoogste Nederlandse rechtsorgaan. Cassatie is dus eigenlijk een trapje hoger dan hoger beroep.

Wat zijn de inhoudelijke verschillen tussen hoger beroep en cassatie?

Het belangrijkste verschil tussen hoger beroep en cassatie is dat in hoger beroep de zaak in zijn geheel opnieuw ter beoordeling kan worden voorgelegd en in cassatie niet; in cassatie beoordeelt de Hoge Raad alleen of in hoger beroep het recht goed is toegepast. In een procedure moet een oordeel worden gegeven over een zaak. Die beoordeling is niet zwart of wit, maar grijs waardoor het kan zijn dat verschillende rechters anders denken over dezelfde zaak.

Een voorbeeld

Een rechter moet oordelen of het gedrag van een partij onder bepaalde omstandigheden “redelijk” is. De ene rechter vindt dat dit wel het geval is, terwijl de ander vindt dat dit niet het geval is. Als de rechter in hoger beroep tot de conclusie komt dat het gedrag van een partij niet redelijk is en dit begrijpelijk heeft onderbouwd, wordt dat oordeel in cassatie niet beoordeeld, omdat het recht dan goed is toegepast. Het gegeven dat een andere rechter net zo goed tot een ander oordeel had kunnen komen, is geen reden om in cassatie te gaan. Dat is een belangrijk verschil met hoger beroep, want daar mag de rechter niet alleen toetsen of het recht goed is toegepast, maar mag hij ook zelf een volledig oordeel over de zaak geven. Terug naar het voorbeeld: stel dat de rechtbank goed heeft gemotiveerd waarom zij gedrag niet redelijk vindt, dan is in principe aan het recht voldaan. In hoger beroep kan de rechter dan toch tot een ander oordeel komen omdat hij de hele zaak mag beoordelen. In cassatie kan dat dus niet. Door dit verschil lenen niet alle zaken zich voor cassatie, terwijl alle zaken wel in hoger beroep voorgelegd kunnen worden.

Een ander belangrijk verschil tussen cassatie en hoger beroep is dat cassatie alleen kan worden ingesteld door een cassatie advocaat. Vroeger kon cassatie zelfs alleen worden ingesteld door een advocaat, die lid was van de balie in Den Haag. Tegenwoordig gelden er andere regels, maar nog altijd is het instellen van cassatie specialistisch werk. Als u cassatie wilt instellen, is het dus zaak een goede cassatie advocaat te vinden. Hoger beroep is minder specialistisch werk, dat in principe door elke advocaat kan worden ingesteld. Uiteraard blijkt belangrijk dat de advocaat ervaring heeft met hoger beroep procedures.

Het instellen van cassatie en hoger beroep?

U kunt cassatie instellen door een cassatiedagvaarding uit te brengen. U moet er wel rekening mee houden dat in de cassatiedagvaarding vermeld moet worden waarom u het niet eens bent met de uitspraak van het Gerechtshof. Dat is een belangrijk verschil met het instellen van hoger beroep. Het instellen van hoger beroep gebeurt ook door het uitbrengen van een dagvaarding, maar in die dagvaarding hoeft u niet aan te geven waarom u in hoger beroep gaat. U kunt dat later doen. In cassatie kan dat niet en moet u in de dagvaarding al aangeven waarom u het niet eens bent met de uitspraak van het Gerechtshof.

Binnen welke termijn moet ik cassatie en hoger beroep instellen?

In de wet staat precies omschreven binnen welke termijn cassatie en hoger beroep moet worden ingesteld. In gewone civiele zaken is die termijn drie maanden. Voor zowel het instellen van hoger beroep als het instellen van cassatie geldt, dat het erg belangrijk is dat u dat op tijd doet (binnen de wettelijke termijn). Deze termijnen kunnen namelijk niet worden verlengd, zelfs niet als de tegenpartij daarmee instemt. Bent u te laat, ook al is het maar één dag, dan kunt u niet meer in hoger beroep of cassatie. De uitspraak die u wilt aanvechten, is dan onherroepelijk geworden.
Omdat in de cassatiedagvaarding vermeld moet worden waarom u het niet eens bent met de uitspraak van het Gerechtshof, neemt het opstellen van een cassatiedagvaarding meestal de nodige tijd in beslag. Het is daarom belangrijk op tijd een (cassatie) advocaat in te schakelen.

De advocaten van Snijders Litigation hebben veel ervaring met het voeren van procedures en kunnen u helpen als u in cassatie wilt gaan.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties